Een jongen van 20

Een jongen van 20
Photo by Jon Tyson / Unsplash

Een jongen van rond de 20 staat ineens voor me. ‘Mevrouw heeft u misschien wat te eten voor me?’ Hij ziet eruit als iemand die al veel te lang niet fatsoenlijk heeft geslapen, doffe ogen, haar in klitten langs zijn gezicht en geen schoenen. Ik moet eigenlijk mijn trein halen en heb, los van smintjes, ook geen eten. Instinctief wil ik zeggen ‘nee sorry, ik moet mijn trein halen’. In plaats daarvan flitsen mijn ogen in de richting van de kiosk en zeg ik; ‘loop ff mee, dan haal ik iets voor je’. De jongen loopt achter me aan en ik vraag wat hij wil eten of drinken. ‘Mag ik alstublieft een chocomelk mevrouw?’ Ik reken de chocomelk af, en doe er nog een croissant bij.

Het meisje achter de kassa kijkt afkeurend als ik het overhandig aan de jongen zonder schoenen. ‘Waar kom je vandaan?’ vraag ik? ‘Nergens vandaan’ zegt hij. ‘Ik hoop dat u uw trein nog haalt mevrouw en heel erg bedankt voor uw hulp.’ En zo vlug als hij voor mijn neus stond, is hij ook weer verdwenen. Mijn trein heb ik gemist, maar na 10 minuten kon alsnog een volle trein betreden met het gevoel dat ik, hoe klein ook, iets had kunnen doen voor iemand.